Vijf eeuwen ben ik verhuisd,
van de laan van Anthony van Lalaing
naar de schrijvers van Lanxmeer.
De glorie van de historie verruild
voor de lessen van de latere literatuur,
alles binnen de speelruimte van de vrijstad.
Vijftig jaar ben ik verhuisd
van eind jaren vijftig zonder spouw
met aanbouw en achterom
naar begin deze eeuw,
de woningen geïsoleerd,
de mensen gezamenlijk.
Vijftien minuten lopen ben ik verhuisd
van dreven en groene long
door Elisabeth bedongen
naar boomgaard en groene wijk,
op waterwinning en schuimbeton,
op duurzaamheid een voorschot.
Vijf uur heb ik de stad doorkruist,
tunnels door en straten langs,
waar staatslieden op kruispunten staan,
en Ghandi Martin Luther King ontmoet,
en Mandela bij de molens zich
met makkers tegen apartheid keert.
Feministen buurten samen.
Componisten liggen er harmonieus bij.
Wetenschappers en wijsgeren
slaan een dwarsstraat in.
Oranjes waken over medische zaken,
boeren in het centrum.
Voor natuur voldoende ruimte,
langs lopen van rivieren,
bomen, zelfs een bos,
bloemen, vlinders, vogels,
en wonderlijke dieren,
tot aan planeten toe.
Straten brengen werelden samen,
tijden en haar bewoners,
hier geboren en getogen,
hier gekomen en geworteld,
allen ooit ergens vandaan,
om hier en nu te huizen.